5
Heer,
toen ik in het diepe dal zat
en geen spatje meer zag
van het licht aan de top.
heb ik U aangeroepen
en het werd lichter.
Het licht kwam in het dal,
en langs het licht
klauterde ik weer omhoog.
moeizaam,
maar eenmaal aan de top
zag ik het licht in volle glorie.
Het leed was geleden
en dankbaar
heb ik Uw licht omhelsd.
Nu weet ik het zeker :
U bent het stralende licht
aan de top van de berg.
maar ook
de schittering van het vonkje in het dal.
Toon Hermans